De Functies van Stad
Vroeger
1. Handelsfunctie
Het aankopen en verkopen van goederen en diensten. Vele handelaren bouwden hun huis rond de markt zodat ze niet te ver hoefden te reizen om hun goederen te verkopen.
2. Werkfunctie
Veel mensen gingen naar de stad om te werken. Werken was grotendeels in functie van de handel.
3. Beschermingsfunctie
Landsheren, Bisschoppen en kloosters speelden hierbij een grote rol. Zij bieden de mensen bescherming en ze zorgen ervoor dat de handel en de markten goed verlopen. De versterking op de handelsplaats zoals een kasteel of een burcht en een omwalling zorgen voor de bescherming van de mensen.
Klik op de link voor een filmpje:
http://www.schooltv.nl/video/veilig-wonen-in-de-middeleeuwen-stadsmuren-poorten-en-wachters/
4. Bestuursfunctie
De steden kregen een eigen bestuur omdat er in de stad nood was aan andere rechtsregels dan op het platteland. Steden kregen hun eigen rechtsregels, dit eigen recht werd stadsrecht genoemd. Vanaf het bestaan van dit recht werd er van een stad gesproken. Er zijn nu wetten, rechten en plichten. De mensen werden bestuurd door het stadsbestuur of de koning.
Nu
1. Woonfunctie
Er zijn vandaag de de dag verschillende soorten woningen. Onze vaardigheden in het bouwen zijn al heel erg vooruit gegaan. Daarom kunnen we zelf kiezen hoe ons huis eruit gaat zien. We kunnen het volledig inkleden naar hoe we dat zelf willen. Wonen is niet enkel en alleen ter bescherming tegen het weer en mogelijke gevaren. We willen het ook zo gezellig mogelijk maken. Er bestaan rijhuizen, appartementen, villa's, eengezinswoningen,...
2. Onderwijsfunctie
In de tijd waarin we nu leven is het verplicht om tot je 18 naar school te gaan. Vroeger was dit niet zo. Veel mensen konden niet lezen of schrijven. Kinderen namen het beroep van hun vader over, een kind dat een boer als vader had werd ook boer, de zoon van een timmerman werd later timmerman,... De vrouwen en de meisjes moesten zorgen voor het huishouden en de kinderen.
3. Ontspanningsfunctie
Er zijn veel verschillende ontspanningsmogelijkheden in een stad zoals: zwembaden, parken, bioscopen, stadia, café's, speeltuinen,...
4. Culturele functie
De steden hebben een culturele functie door hun musea, kerken, concertzalen, opera's,...
5. Handelsfunctie
We doen nog steeds aan handel. Denk maar aan de slager, de bakker, het winkelcentrum, de supermarkt,...
6. Toeristische functie
Toerisme zorgt voor werkgelegenheid in bijvoorbeeld restaurants, hotels, tearooms en café's. Als er veel toeristen zijn krijgen zij meer bezoek en dus ook meer geld. Openluchtvoorzieningen zoals zwembaden en sportvelden hebben hier ook voordelen van.
Mensen kunnen naar een toeristische dienst gaan om zelf een reis te plannen.
7. Werkfunctie
Veel mensen werken in een stad.
8. Verzorgingsfunctie
Als mensen ziek zijn kunnen ze naar het ziekenhuis en dokter.
9. Industriële functie
De stad heeft een industriële functie. Dit valt op door de fabrieken, brouwerijen en havens.
10. Bestuursfunctie
Elke stad heeft een bestuursfunctie. Hieronder hoort bijvoorbeeld het vredegerecht, de belastingcontrole en administratie.
11. Dienstenfunctie
Hier horen de stations, brandweer, transportbedrijven,... bij.
Functies van een stad